Erfpachttaxatie doorstaat ook in hoger beroep de toets van het Tuchtcollege NRVT
Dossiernummer: 23550HB
Datum uitspraak: donderdag 08 augustus 2024
Uitspraak in eerste aanleg: Erfpachttaxaties doorstaan toets van het Tuchtcollege NRVT
In februari deed het Tuchtcollege NRVT uitspraak in 2 klachten aangespannen naar aanleiding van taxaties in het kader van erfpachtherzieningen. In één van deze zaken is hoger beroep ingesteld.
De klagers worden in het gelijk gesteld met betrekking tot het tijdig indienen van aanvullende stukken. De termijn hiervoor is opnieuw gaan lopen nadat de hoorzitting was verzet. Deze nadere stukken leiden niet tot een ander oordeel in hoger beroep.
In hoger beroep is gesteld dat niet is beoordeeld of de taxatie voldeed aan de gemeentelijke regelgeving met betrekking tot heruitgifte erfpacht en de taxatiestandaarden IVS en EVS. Het tuchtcollege in hoger beroep acht deze grief ongegrond. De NRVT-regelgeving is een (nadere) uitwerking van de normen van de IVS en EVS. Met een toetsing aan de NRVT-regels vindt dus in de kern ook een toetsing aan de EVS en IVS plaats. Dit geldt eveneens voor de door klagers in alinea 2.3 van de pleitnota en in klacht 9 van het klaagschrift in eerste aanleg genoemde regels.
Verder is het tuchtcollege in hoger beroep van oordeel dat verweerders in overeenstemming met de AAR en de Taxatie-Instructie hebben gehandeld. In dit verband is van belang dat verweerders in opdracht van de gemeente hebben gehandeld en dus in beginsel gehouden waren om in overeenstemming met die opdracht uitvoering aan de PTD te geven. In het algemeen geldt dat een Register Taxateur geen uitvoering mag geven aan een opdracht wanneer hij daardoor in strijd met de NRVT-regelgeving zou handelen. Niet gebleken is echter dat daarvan sprake zou zijn in het onderhavige geval.
Klagers hebben ook betoogd dat verweerders de opdracht niet hadden mogen aanvaarden omdat zij van de Taxatie-Instructie moesten uitgaan en daardoor niet (meer) objectief en onafhankelijk konden taxeren. Het tuchtcollege in hoger beroep volgt dit betoog niet. Niet gebleken is dat verweerders door te handelen conform de opdracht en de Taxatie-Instructie, in strijd met de NRVT-regelgeving hebben gehandeld. Het stond verweerders dan ook vrij om de opdracht te aanvaarden en daar uitvoering aan te geven. Het is aan de gemeente om de berekening van de herziene erfpachtcanon en de werkwijze aan de erfpachters uit te leggen. Het NRVT-tuchtrecht is daarvoor niet bedoeld.
Het tuchtcollege in hoger beroep volgt klagers evenmin in hun in hoger beroep herhaalde stelling dat getoetst had moeten worden aan de Praktijkhandreiking Wonen. Zoals ook in eerste aanleg al is overwogen, is hier geen sprake van de taxatie van een woning, maar van de taxatie van grond, waarbij volgens de Taxatie-Instructie moest worden uitgegaan van de fictie van onbebouwde grond.
Gelet op het hiervoor overwogene is ook het tuchtcollege in hoger beroep van oordeel dat verweerders hebben gehandeld als redelijk handelende taxateurs. Het taxatierapport is in voldoende mate navolgbaar en inzichtelijk voor derden, en ook overigens is aan de NRVT-regelgeving voldaan.
Het tuchtcollege in hoger beroep bekrachtigt dan ook de uitspraak in eerste aanleg.
Terug naar overzicht