Klager moet van zijn financier zijn landbouwbedrijf laten taxeren. De taxateur begint al met een opdrachtgever die weigert de opdracht te tekenen. Daarna wordt de financier opdrachtgever in plaats van de eigenaar.

Klager vindt dat de waarde te laag is. De waardering van een verhuurd object is maar iets hoger dan de huurprijs per jaar. Ook vindt hij de stallen en het woonhuis te laag gewaardeerd, volgens andere taxateurs in de regio is het meer waard.

Het Tuchtcollege oordeelt dat de taxateur een rapport met uitgebreid onderbouwing heeft opgesteld. Bij de huurprijs heeft de taxateur er rekening mee gehouden dat de verhuur volgens het bestemmingsplan beperkt is. Bij de stallen is de taxateur uitgegaan van de mogelijke opbrengst, en bij een bedrijfswoning is de waarde lager dan bij een vergelijkbare woning met woonbestemming. Dat anderen het bedrijf meer waard vonden, is onvoldoende aannemelijk gemaakt. 

De klacht is ongegrond.

Uitspraak in hoger beroep: Klacht over te lage waardering blijft ongegrond