Taxateur stelt tweemaal een rapport voor hetzelfde object op met een jaar ertussen
Dossiernummer: 24646
Datum uitspraak: dinsdag 29 oktober 2024
Klager heeft op 7 februari 2023 het object, een nieuwbouwappartement, gekocht. De taxateur heeft op 5 mei 2023 een taxatierapport opgemaakt ten behoeve van de financiering. Omdat de bouw vertraging had opgelopen, was klager genoodzaakt een nieuwe hypotheek af te sluiten. Daarom heeft de taxateur op verzoek van klager een nieuw rapport uitgebracht op 23 mei 2024. In beide rapporten heeft de taxateur de marktwaarde na de bouw van het appartement vastgesteld. Ten tijde van de inspectie was het appartement nog in aanbouw.
Klager is van mening dat de referentieobjecten niet vergelijkbaar zijn. De gebruikte objecten zijn te oud en de marktomstandigheden zijn te veel gewijzigd. Bovendien zijn in beide rapporten dezelfde referentieobjecten gebruikt. Daarnaast is de taxateur niet transparant geweest in het proces.
Het tuchtcollege overweegt dat in dit geval de taxateur de woning heeft opgenomen, zijn bevindingen heeft verwerkt in een volledig taxatierapport en een waarde heeft bepaald onder meer onderbouwd met referenties. De keuze van de referentiepanden, het duiden van de verschillen tussen de objecten en het inschatten van het effect op de marktwaarde ervan behoort tot het wezen van de taxatie, waarbij de taxateur een behoorlijke mate van vrijheid heeft. De taxateur heeft zowel de overeenkomsten als de verschillen met de referentiepanden op basis van kenmerken en locatie toegelicht. Daarmee is het rapport voldoende gemotiveerd.
Ten aanzien van klachtonderdeel 2 wordt door het tuchtcollege overwogen dat uit het verweer en de toelichting ter zitting is komen vast te staan dat de taxateur met de tussenpersoon van klager heeft gecommuniceerd over de vertraging van het rapport. Ook is komen vast te staan dat de taxateur wel heeft gereageerd op het eerste verzoek van klager om een toelichting op het rapport. Dat de taxateur misschien tactischer had kunnen reageren op de klachten en verwijten van klager is echter onvoldoende om te spreken van tuchtrechtelijk verwijtbaar gedrag.
Het tuchtcollege verklaart de klacht ongegrond.
Terug naar overzicht